Vanaf het begin van het schooljaar bereid ik mijn leerlingen erop voor: het mondeling. Dit mondeling gaat over gelezen boeken. De mavo 4-leerlingen zijn niet echt onder de indruk. ´Dat komt wel, juffie´ en ´Maak je niet zo druk´ zijn veelgehoorde uitspraken. Niet alleen bij mij, ook bij mijn collega´s. Maar ik maak me er wel druk om, het is mijn favoriete moment in mijn eindexamenklas, elk jaar weer. Het is een hele klus om zelf goed voorbereid op dat mondeling te zitten. Al jarenlang bereid ik elk boek voor door achtergrondinformatie te zoeken en vragen te maken. En de boeken te lezen natuurlijk. Ondertussen heb ik een indrukwekkende map gemaakt, mijn heilige graal. En omdat ik op tijd begin, spoor ik mijn leerlingen dus ook tijdig aan. Tot hun groot ongemak. Ik laat zelfs mijn graal zien. Even zijn ze onder de indruk, maar het spoort mijn leerlingen niet aan.
In de klas moeten ze in tweetallen een literatuurpresentatie geven. De leerlingen geven mij hun titel door, gekozen van mijn lijst, maar vaak door hen aangevuld, en elk tweetal krijgt boekspecifieke vragen die ze tijdens de presentatie moeten behandelen. De medeleerlingen luisteren goed en maken, als zij dat boek ook gelezen hebben, aantekeningen. Dat is dus zoals ik het zou willen, maar dit gebeurt dus niet. Onderuitgezakt, loerend op hun mobieltjes zitten ze ongeïnteresseerd in mijn les. Hardop vraag ik me af waarom ze naar de les komen. ´Voor u´ is het unanieme antwoord. ´Daarmee haal je je eindexamen niet,´ blèr ik terug. Zo vaak heb ik het idee dat ik tegen sinaasappelkistjes aan praat.
Maar dan is het toetsweek. Elk van mijn eindexamenleerlingen heeft een mondeling, twintig minuten lang, alleen, met mij. Zo. Ik verwacht eerlijk gezegd dat er koppen gaan rollen. Niets is minder waar. Naast indrukwekkende lijsten – ´Sneeuw van Bernlef, zou je dat wel doen?´ ´O juf, het is zo´n mooi boek´ – kan elke leerling echt verbanden leggen tussen de gelezen boeken. Sonny Boy linken aan De gelukvinder, Twee vrouwen aan Zomerhitte, De laatste schooldag aan De gelukkige klas.
De boeken linken aan de eigen persoonlijkheid, vertellen over de effecten voor de lezer als het perspectief verandert, het boek plaatsen in de tijd. 23 keer 20 minuten geniet ik. Samir ziet dit en lacht. ´Ja juf, zeker niet verwacht? We luisteren echt wel naar u. Alleen op onze manier.´ Ik glim en lach terug. Met hetzelfde gemak vergelijkt hij in zijn boeken de Nederlandse en Arabische cultuur. Uit elk boek haalt hij speerpunten, haalt hij de Nederlandse literatuurgeschiedenis aan, vertelt hij over zijn eigen ervaringen als Nederlandse Marokkaan en het wederzijdse onbegrip met zijn ouders en grootouders. Net als de personages uit zijn boeken. Ik kan niet anders dan hem een negen geven.
Tot ver na de mondelingen blijf ik glimmen. Docent zijn is toch het mooiste beroep dat er is? In ieder geval het afwisselendste en veelzijdigste. En mijn beroep.
Caroline en haar heilige graal